In veel gemeenten mag je niet verder wandelen dan 100 meter van je huis, of soms zelfs niet verder dan de hoek van je straat. Eigenaren die deze maatregelen niet naleven, worden gestraft met boetes van 600 tot 30.000 euro. De vraag is, mag de gemeente wel de wandeling met je hond beperken?
Het antwoord werd al gegeven door de Spaanse premier toen hij uitlegde dat honden gewoon uitgelaten mogen worden op basis van twee uitzonderingen op de algemene lockdown, opgenomen in het Koninklijk Besluit van 14 maart (waarmee de noodtoestand werd uitgeroepen).
De regels voor het uitlaten, waar wordt gesproken over de BASISBEHOEFTES VAN DE HOND, werden kort daarna gepubliceerd door het Directoraat-Generaal van de Dierenrechten, maar al snel besloten verschillende gemeenten hier een eigen draai aan te geven.
GEMEENTEN MOGEN DE WANDELING NIET BEPERKEN TOT AANTAL METERS
Eerst moeten we kijken naar de wetgeving en de uitleg door de bevoegde instanties, waar wordt gesproken over het voldoen aan de basisbehoeftes van de hond. Belangrijk zijn de uitzonderingen op de algemene lockdown, opgenomen in het Koninklijk Besluit van 14 maart. Artikel 7 van dit Besluit spreekt duidelijk “situatie van noodzaak” en “andere gerechtvaardigde reden”.
Artikel 7 g): “Als gevolg van overmacht of een situatie van noodzaak” en h): “Elke andere activiteit van soortgelijke aard die afzonderlijk moet worden uitgevoerd, tenzij vergezeld door personen met een handicap of om een andere gerechtvaardigde reden”.
Maar we moeten vooral kijken naar de door het Directoraat-Generaal gestelde BASISREGELS, welke luiden als volgt:
- Korte wandelingen om aan de BASISBEHOEFTES van de hond te voldoen
- Geen contact met andere dieren of mensen
- Ruim de poep op en gooi water over de urine
- Wandel het liefst op de rustigere tijden
Deze regels zijn uiteraard niet zonder goede reden bedacht zodat hondeneigenaren een excuus hebben om de straat op te gaan.
WANDELEN IS EEN BASISBEHOEFTE VAN DE HOND
Het is van belang dat honden quality time kunnen doorbrengen in een omgeving buiten hun huis omdat er op die manier aan verschillende basisbehoeften wordt voldaan.
Volgens de Wereldorganisatie van Dierengezondheid (OIE – World Organisation for Animal Health), in haar Gezondheidscode voor landdieren, is DIERENWELZIJN de manier waarop een dier omgaat met de omstandigheden waarin het leeft, gebaseerd op “VIJF VRIJHEDEN”, die bepalen dat dieren vrij moeten zijn van: honger, dorst en ondervoeding; angst en stress; fysiek of thermisch ongemak; pijn, letsel of ziekte; en vrij om normaal gedrag van hun soort te tonen. Onder dierenwelzijn wordt verstaan fysieke, emotionele en mentale gezondheid, en de noodzaak om alle diersoorten als complexe wezens te zien. Hiermee kan worden uitgelegd waarom naar buiten gaan de basis is voor honden om voldoende welzijn te hebben.
Het ontnemen van dit recht bedreigt de fysieke, emotionele en mentale gezondheid van het dier, waardoor het welzijn van de hond negatief wordt beïnvloed. Daarnaast kan dit leiden tot gedragsproblemen, wat één van de grootste oorzaken is van het achterlaten van dieren.
Fernando Simón, directeur van het Centrum voor Coördinatie van Alarmen en Noodsituaties, bevestigt dan ook:
“Wat betreft huisdieren, de gebruikelijke wandeling.
Het verschil met huisdieren is niet de tijd, het verschil met huisdieren is de manier waarop eigenaren van gezelschapsdieren met elkaar omgaan. Als we willen dat er geen direct contact is tussen mensen die mogelijk besmet zijn, kunnen we niet dezelfde manier van omgang tussen de eigenaren van de huisdieren behouden, maar de uitstapjes om huisdieren mee te nemen voor wandelingen zijn niet beperkt tot een langere of kortere tijd dan de gebruikelijke”.
Ondanks deze beperking, de gebruikelijke wandeling zonder direct contact, hebben hondeneigenaren gezien dat veel gemeenten hun bevoegdheden overschrijden, door gemeentelijke normen te publiceren die de wandeling op een totaal verschillende manier verder beperken, zoals maximaal 100 meter van je huis of een tijdslimiet, wat in tegenspraak is met wat de regering aangaf bij het aanbevelen van wandelingen in “minder drukke uren”.
GEMEENTEN MOGEN GEEN INTERPRETATIEVE NORMEN UITVAARDIGEN.
Tijdens een vergadering met het Operationeel Coördinatiecentrum werd in een mondelinge instructie benadrukt dat “lokale besturen geen interpretatieve normen kunnen uitvaardigen van de besluiten die door de regering zijn uitgevaardigd in het kader van de noodtoestand”, want het Koninklijk Besluit 463/2020, waarbij de noodtoestand wordt verklaard, wijst in artikel 4.3 de minister van Binnenlandse Zaken aan als de gedelegeerde bevoegde autoriteit om de bevelen, resoluties, bepalingen en interpretatieve instructies te geven die op elk specifieke gebied nodig zijn om de verstrekking van alle diensten te garanderen, evenals de bescherming van mensen, eigendommen en plaatsen, door het nemen van een van de maatregelen voorzien in artikel 11 van de wet 4/1981.
Hoewel het Koninklijk Besluit 463/2020 de bevoegdheden van de verschillende administraties met het oog op de vaststelling van maatregelen met betrekking tot de naleving van mobiliteitsbeperkingen e.d. niet verandert, zijn de gemeenten alleen bevoegd om de maatregelen vast te stellen die gericht zijn op het uitvoeren van directe orders van de bevoegde autoriteit, aangezien ze in dit verband niet bevoegd zijn voor de publicatie van bepalingen die andere maatregelen bevatten dan die.
Kortom, gemeenten zijn niet bevoegd om dit soort beperkingen op te leggen aan honden uitlaten.
Na deze waarschuwing hebben verschillende gemeenten de opgelegde beperkingen ingetrokken, en degenen die een bekeuring hebben gekregen voor het wandelen met de hond kunnen in beroep gaan.
Meer weten? Neem gerust contact met me op.
Ilonka Dekker